stond er op een weg en dat is me waarheid
zoals hier ik sta in uwen zondagsch gejurk
met tierende lantijnen afgezet met kralen
we houden droog het vandaag, drinken wat
morgen kan de wijn wel stromen naar zee
en brood veranderen in een keilharde stok
ogen kruizen belovend blik van de oude man
wat een onwijze, baardige gast of is me dat
hij staat te zwaaien naar me vanachter de bar
het pad vol kronkels laten mijn hoofd tollen
ik zoek de weg naar huis, slaak er een gebed
val in slaap zonde iemand te kussen, geloof ik
op rondtolliger wereld stuitert ik langzaam
tussen een paal die recht de hemel in wijst
en een paal die op kruishoogte horizon aftast
zonder hem meteen op de schouders te tillen
wandel ik dagelingelingse wandelgangetje
voortaan in zo’n afgedragen witte ochtendjas
menschenkinderen staren me verbaasde aan
met blik die kon doden, zowaar als ik overleef
ik kruip in me hol of het hunne, al hoort ik niet
Broden veranderen in een keiharde stok om die dodende blikken weg te jagen.
LikeLiked by 1 persoon
Heel mooi opnieuw!
LikeLiked by 1 persoon
Excellent write. I enjoyed the opening lines
“here I am in your Sunday dress
with ramped lanterns trimmed with beads”.
great last stanza
“human children are staring at me in amazement
with a can that could kill, even as I survive
I creep into my den or theirs, although I do not belong”.
well penned piece. good vocabulary and lines that capture and keep the reader reeled in.
LikeLiked by 1 persoon
Thank you for your appreciation.
LikeLiked by 1 persoon