lag het, at het, vergat het
liep het, giet het, versliep
zag het, jat het, gaap net
vroeg het, sloeg het, verzonk
dacht net, brak net, verdronk
lief bed, vroeg het, aan zet
kocht net, bedrog zeg, net echt
was het, past het, verdomd
kus het, sus het, blus met
laai het, draai met, verslond
voel het, bedoel vet, je stonk
graaf in, duik over, loop slecht