is me ook wat

klopte op je hart en kreeg een tik, waarvoor bedankt van je hartelijk
liep er een straatje en nog maar een, en nog een en nog maar een
was van plan plat op de grond te gaan, toen stond jij op en niet voor me
kon er eens iets gaan zoals normale, heel gewone; ik bedoel gewoon

tik, hart, tak, vogel, tok, mok, plat, rat, start, op de meeste wegen
je liep me voor me, van je voeten schopte je jij me ballen. ook dat nog

bij elke hoek waren er genoeg deuren die dichtend klapte. niet normaal
belde ik maar niet aan, maar op, maar dat kan ik toch beter niet jij
kreeg onbekend van naam, van stem, van de andere kant viel het best
wat een toon van je woon, wilde naar me bedsteeg; alles zowaar zweeg

klap, de deur, zeur, bel, hoek, zoek, vloek, wie is mijn hart aldoor
daar zocht iets en de iemand, verstomd, vermomd. zeg me verdomd als

viel nog eens met boterneusjes en botte kneuzels, in kikkerlandjes
moddertje hier en een kloddertje raar, staar maar waar je gemak
lachte hard voor de zekerheid en als het onzekere er als bonus bij
dronk het leven in één keer achterover zonder tover; maar dat je wist