laat mij, laat mij
uw dingen op mouw spelden
heb ik, wel heb ik
ooit u in hemd laten staan
was jij, was jij
eens een keer je goed
daarom, waarom
sleep ik al dit uur van hot
naar her. wat stom
blaas mij, blaas mij
met je föhn wat hete lucht
kam ik, kam ik
tegen je uitgedunde harem in
glijdt het, glijdt het
zeepje over het spiegelglad
daarom, daarom
scheer je je weg alle dagen
weer haar. dat schuim
zwemmen, zwemmen wij
door het aardedonker
waar niemand, waar niemand
weet met spelden om te gaan
rond mij, rond mij
het cirkel zaagt groen gevogel
val ik, beval ik
zonder armen uit en thuis
helaas, helaas
smijt schraal verlicht het bier
eigen kater wacht hem op